“Wanneer een vis de oceaan zoekt, kan ook niemand hem helpen.”
Anthony de
Mello sj
Anthony de Mello sj (1931 – 1987) was een Indisch jezuïet en psychotherapeut. Hij had veel aandacht voor de dialoog tussen de ignatiaanse spiritualiteit en de Indische wijsheidstraditie. De Mello is bekend om zijn korte verhaaltjes.
Link ophalen
Facebook
Twitter
Pinterest
E-mail
Andere apps
Reacties
Truus van Dam zei…
Een vis kan niet leven zonder water en wij kunnen niet leven zonder Levend Water.God is overal..
E.harland-hazebroek zei…
Tegen de stroom op bereikt de vis de plaats waar hij naar toe wilde, ondanks alle moeite. Hij is er voor bestemd. Zo ook met ons, niet op eigen kracht maar met Gods hulp. Daarin mogen geloven is dankbaarheid aan Hem die van ons houdt.
Edward Gistelinck zei…
Zolang er water is mogen we tegenstroom zwemmen. Want ooit komt de dag dat er geen water meer zal zijn...….
Uit een brief van Ignatius aan een jezuïet die het niet goed ging Je vergist je als je denkt dat de onrust die je ervaart en de traagheid van de vooruitgang van je geestelijk leven te wijten zijn aan de plaats waar je leeft, je oversten of je medebroeders. Die onrust komt van binnen en niet van buiten. Ik doel hiermee op je tekort aan nederigheid, gehoorzaamheid, gebed, aan je gebrek aan ascese … samengevat je al te geringe vurigheid om te groeien in volmaaktheid. Je zou kunnen veranderen van woonplaats, overste of medebroeders. Maar als je de innerlijke mens niet bijspijkert, zal het je nooit goed gaan. Overal zal je op hetzelfde stoten, tenzij je erin slaagt om nederig, gehoorzaam en toegewijd te worden en je eigenliefde los te laten. Dit is de enige verandering waarnaar je moet streven. Ik bedoel dat je moet proberen om de innerlijke mens te veranderen en hem terug op het juiste pad te richten, zoals een dienaar naar zijn Heer. Ignatius van Loyola
Omgaan met problemen is iets wat je leert. Het ene jongetje gaat er meteen tegenaan en vindt een oplossing. Het andere kind heeft nog een lange weg te gaan. Opvoeden en leren duurt een leven lang. Wat heb jij de laatste tijd geleerd inzake het omgaan met problemen? Waar is er nog ruimte voor groei? Klik hier om dit heerlijke videootje te bekijken of klik op de onderstaande foto om rechtstreeks naar YouTube te gaan.
Uittreksel uit de homilie van paus Franciscus dd 15 mei 2015 (commentaar op Hand 18, 9-18 ) Daarom zegt Jezus tot Paulus: “Wees niet bang. Blijf verkondigen.” Angst is geen christelijke houding. Je zou kunnen zeggen dat het de houding is van een opgesloten dier, zonder vrijheid, dat niet in de toekomst kan kijken, iets nieuw beginnen, goed doen … altijd maar neen. “Neen, wat het is gevaarlijk, want, want ….” Dit is een ondeugd. Angst maakt kapot. Wees niet bang en vraag om de genade van de moed, de moed van de Heilige Geest die Hij ons zendt. Er zijn angstige gemeenschappen, die altijd kiezen voor zekerheid: “Neen, neen, we doen het niet … Neen, neen, dit is niet mogelijk, dat is niet mogelijk.” Het lijkt wel alsof ze boven de ingang geschreven hebben: “Verboden toegang”. Alles is verboden als gevolg van angst. Als je zo’n gemeenschap binnentreedt dan voel je dat de lucht er verschraald ruikt. Het is immers een zieke gemeenschap. Angst maakt een gemeenschap ziek.
Pedro Arrupe sj was Algemeen Overste van de Sociëteit van Jezus van 1965 tot 1983. Hij was een uitzonderlijk charismatisch, biddend man. Onderstaande tekst is van zijn hand. Niets heeft zo’n daadkracht als het vinden van God, dat wil zeggen, het verliefd worden op een absolute en beslissende wijze. Datgene waar je verliefd op bent, datgene wat je verbeelding in de ban houdt, dat zal alles doorweven. Het zal bepalen wat je ’s morgens uit bed krijgt, wat je ’s avonds zal doen, hoe je je weekeinden zal doorbrengen, wat je zal lezen, wie je kent, wat je hart raakt en breekt, wat je vreugdevol en dankbaar tot verwondering brengt. Word verliefd. Blijf in die liefde. Dat zal alles bepalen. Pedro Arrupe sj
Hieronder vind je een citaat uit het dagboek van Etty Hillesum, een joodse vrouw die stierf in Auschwitz. Haar concrete leven heeft getoond dat onderstaande woorden niet zomaar loze woorden waren. "Al onze zorgen zijn moties van wantrouwen tegenover God." Etty Hillesum
Ingetreden in de Karmel als 15-jarige en gestorven op 24-jarige leeftijd, is Thérèse van Lisieux een van de grote heiligen van onze Kerk. Haar autobiografie ( Geschiedenis van een ziel ) is een parel. Ziehier een uittreksel voor deze zondag. Nalv haar verlangen om regelmatig de communie te mogen ontvangen (iets wat toen niet gebruikelijk was) schrijft Theresia het volgende: "God daalt niet iedere dag uit de hemel af om in een gouden ciborie te verblijven; Hij zoekt een andere hemel die Hem oneindig veel dierbaarder is dan de eerste, namelijk de hemel van onze ziel, die naar zijn beeld gemaakt is, de levende tempel van de aanbiddelijke Drie-eenheid."
Hieronder vind je mijn homilie voor deze zondag. 22 ste zondag jaar B Deuteronomium 4,1-2.6-8 Jacobus 1,17-18.21b-22.27 Marcus 7,1-8.14-15.21-23 Misschien ken je dit verhaal wel. Het is waar gebeurd. De oude Ignatius werd in Rome ooit aangesproken door een jonge jezuïet met een nogal gedurfde vraag. Vader Ignatius, hoe zou u reageren mocht de paus beslissen de Sociëteit van Jezus op te heffen? Ignatius keek de jonge man aan en had zijn antwoord meteen klaar: ik denk dat ik snel naar de kapel zou gaan. Ik zou er een minuut of 10 voor het heilig sacrament bidden en vervolgens, met grotere vreugde, op zoek gaan naar een betere wijze om God onze Heer te dienen . Misschien vindt u dit wel vreemd. Was Ignatius dan zo weinig bekommerd om die Sociëteit van Jezus? Dat was toch zijn levenswerk? Ik vermoed dat Ignatius zielsveel hield van dat bijzondere apostolische instrument waarvan hij de geestelijke vader was. Maar dat belette hem niet te beseffen dat het uiteindeli
Aan het einde van een stilte-WE in de Oude Abdij van Drongen deelde een jonge man zijn conclusie. Ze zette me aan het nadenken. Ik heb vastgesteld dat in de stilte de tijd langer duurt. Ik denk dat ik vaker de stilte in moet.
Ignatius geeft de raad om na de gebedstijd een korte terugblik te werpen om na te gaan “hoe het mij in de gebedstijd vergaan is”. Spontaan denk je dan waarschijnlijk aan de gedachten, die in je opgekomen zijn. Die zijn inderdaad belangrijk, maar niet het belangrijkste. Daarbovenuit gaat: de ervaring van een harmonie tussen God en mij. Ignatius noemt dat “vertroosting”. Het is een innerlijke beweging, waarbij de mens zich bij God geborgen ervaart en de liefde van en tot God in zich voelt ontvlammen. Je kunt deze ervaring niet zelf oproepen. Het moet je gegeven worden; anders is het niet echt. Het is wel belangrijk, er voor open te staan. Welnu, de gedachten, die met zo’n ervaring gepaard gaan, die zijn belangrijk, daar moet je iets mee doen. Vertroosting is eigenlijk elke vermeerdering van hoop, geloof en liefde en elke innerlijke blijdschap, die een oproep en een aantrekking inhoudt tot het goddelijke. Piet van Breemen sj en Hans van Leeuwen sj
Durf vooral te vertrouwen in het traag werken van God. Van nature uit zijn we ongeduldig. We willen alles zo snel als mogelijk bereiken. Mocht het even kunnen, dan zouden we de tussenstappen willen overslaan. We zijn ongeduldig om op weg te gaan naar het onbekende, naar iets nieuw. Maar het is de wet van alle vooruitgang dat je doorheen periodes van onduidelijkheid moet gaan - en dat het behoorlijk lang kan duren. Ik vermoed dat dit voor jou niet erg verschillend is. Je gedachten ontwikkelen zich maar geleidelijk aan. Laat ze groeien. Laat ze hun eigen vorm vinden, zonder onnodige haast. Oefen geen druk uit - alsof je vandaag reeds zou kunnen zijn wat de tijd (dat wil zeggen de genade, omstandigheden die impact hebben op je goede wil) pas morgen voor jou voorzien heeft. Enkel God zou je kunnen vertellen wat deze nieuwe geest zachtjes aan in jou aan het bewerkstelligen is. Gun het onze God dat je gelooft dat zijn hand je leidt. Durft de angst aan van te voelen dat je in onzekerhei
Reacties
Zo ook met ons, niet op eigen kracht maar met Gods hulp. Daarin mogen geloven is dankbaarheid aan Hem die van ons houdt.