Onderstaande overweging verschijnt vandaag op www.gewijderuimte.org. Soms worden wij opgejaagd door het ‘dat-zou-ik-zo-graag-willen-hebben’ virus’. Ik wil een topfunctie in onze firma, of die aantrekkelijke persoon als partner, of rijk zijn, of als een belangrijk man erkend worden, of het mooiste huis bezitten, of een opwindender leven leiden. En daarbij bedriegen wij soms onszelf door te denken dat wij het voorwerp van ons hevige verlangen (de job, de wagen, de partner, het huis) terecht mogen hebben, omdat wij er zo intens naar verlangen. Soms zijn onze verlangens ook goede signalen. Die vertellen ons waarheen we moeten gaan en welke weg wij moeten nemen. Maar soms is juist het tegendeel waar. Wat ik zo dolgraag wil hebben zal mijn opdringerig ego zeker wat krasjes bezorgen. Maar vooral, het stimuleert mijn eigenlijke levensplan helemaal niet. Het kan mij zelfs op een dwaalspoor brengen, weg van mijn levensplan. Hebzucht, hoogmoed, of elke andere vorm van...