Wat een klein kind Augustinus leerde over God - Homilie van Nikolaas Sintobin sj voor het feest van de Triniteit



Feest van de Drie-eenheid (Jaar C)

Spr. 8, 22-31  Rom. 5, 1-5 evangelie: Joh. 16, 12-15


We zien ze vaak afgebeeld in de schilderkunst. Vader, Zoon en Heilige Geest. Een oudere Heer, lange witte baard, op een wolkje gezeten die de hand reikt of kijkt naar Jezus, de Zoon, al of niet met het kruis. De Geest neemt de vorm aan van een duif of van een stralende lichtstraal. Gewoonlijk vertrekt het samenspel uit de hemel. Doorgaans is er ook een link met wat er gebeurt op aarde. Andere schilderijen of beelden zijn een stuk abstracter

Deze rijke variëteit aan voorstellingen van de Triniteit is meer dan zomaar een leuke christelijke hobby.  Het  trinitair dogma behoort tot de kern van het christelijk geloof. Christenen geloven niet zomaar in God. Dat doen de joden en de moslims net zo goed. Christenen geloven in de drieëne God: één goddelijke natuur, die bestaat in drie personen, drie unieke wijzen waarop de ene God God is. Die drie goddelijke personen zijn voortdurend met elkaar verbonden door een liefdesband. Liefde kan niet alleen maar op zichzelf gericht zijn. Dat geldt ook voor God.

Liefde richt zich op de ander. Liefde wil geven en delen. Ook naar buiten toe. De goddelijke Drieëenheid breekt daarom uit haar eigen voegen. Dat doet zij niet eenmalig, wel voortdurend. Christenen noemen dat schepping. God die zijn leven en de liefde deelt door een werkelijkheid in het leven  te roepen die bestaat buiten Hem om.

Vermits Gods liefde gratuit – zo maar - is, kan die geschapen werkelijkheid zelfstandig leven. Er is geen ingebouwde afhankelijkheid van de mens ten aanzien van God. Wij zijn vrij om ons al of niet te verhouden tot God. Toch is het goed voor de mens om de drieëne God te kennen. Immers, de liefde van God voor zijn schepping is zo groot, dat Hij de mens alles wil geven, ook zichzelf.  Dit is ongehoord en eigenlijk ook ondenkbaar. Toch is het zo. God verlangt alles met ons te delen, zijn goddelijkheid incluis.

Johannes is de evangelist bij uitstek die ons inwijdt in het mysterie van de Drieëenheid. In de verzen die we net hoorden focust hij op de Heilige Geest. Het is een stukje uit de afscheidsrede van Jezus. Het is helemaal actueel omdat intussen Jezus ook daadwerkelijk afscheid heeft genomen van ons. Dat hebben we herdacht negen dagen voor Pinksteren, met het feest van Hemelvaart. Katholieken geloven weliswaar dat de verrezen Heer aanwezig is in zijn sacramenten. Maar Hij is niet langer op lichamelijke wijze onder ons aanwezig.

Sinds Pinksteren leven we in het tijdperk van de Heilige Geest. Johannes legt ons hier uit hoe bevoorrecht wij wel zijn. Die Geest is immers de Geest van de waarheid. Hij brengt ons naar de volle waarheid. In het Evangelie legt Jezus uit wat Hij verstaat onder die waarheid. Die waarheid heeft alles te maken met wat zich afspeelt tussen de Vader en de Zoon. De waarheid die de Geest ons doet ontdekken gaat over liefde. Niet liefde als een abstracte idee. Wel liefde als ervaring: liefde die je ontvangt en liefde die je geeft. God de Vader geeft al zijn liefde aan zijn Zoon die zich op zijn beurt in liefde toevertrouwt aan de Vader. Tussen Vader en Zoon bestaat er dus een onverbrekelijke en voortdurende liefdesbeweging.

De eigenheid van de Geest is dat Hij het mogelijk maakt dat ook wij delen in die liefde. Niet een beetje. Niet af en toe. Wel helemaal, en altijd. Niet te geloven. Toch waar.

De heilige Augustinus wandelde eens langs het strand. Hij zag een klein kind spelen. Met een schelp in de hand liep het heen en weer tussen de zee en een kuiltje in het zand. Het kind schepte water uit de zee en goot het in het kuiltje. Telkens opnieuw.

Augustinus vroeg aan het kind wat het aan het doen was.

“Ik wil de hele zee in dit kuiltje gieten” antwoordde het kind.

Maar dat is onmogelijk”, zei Augustinus. Het kind glimlachte hem toe en zei: “Jij schrijft een boek over de Drieëenheid. Jij wil het mysterie van de oneindige God in het kleine kuiltje van je verstand gieten. Dát is pas onmogelijk.”

Dit verhaal is een anecdote. Wel authentiek is dat in een van zijn sermoenen Augustinus zei: "Als je het begrijpt, is het niet God." God overstijgt ons bevattingsvermogen. We kunnen Hem niet vastleggen en doordenken met ons verstand, hoezeer we dat ook zouden willen. God is groter.

Wellicht is het daarom dat van oudsher er kunstenaars zijn die steeds weer met grote creativiteit proberen het mysterie van de drieëne God uit te beelden. Want ook al is onze Drie-ene God niet volledig doorgrondbaar, toch is het goed te proberen hem te kennen.

 

Reacties

lode zei…
Geloven... dat is liefde!
Of is liefde... geloven!
Dank u Meester Nikolaas.

Meest gelezen

Een paplepelkatholiek ontdekt hoe je kan bidden met de Bijbel - Waarom zou je bidden met de Bijbel? (1/6) Een serie van Nikolaas Sintobin sj

Hoe kan je van bijbelgebed een leerschool in verlangen maken? - (3/6) Een serie van Nikolaas Sintobin sj

Bidden met de Bijbel als leerschool in "Jezus" - Een serie van Nikolaas Sintobin sj (4/6)

Hoe het komt dat bidden met de Bijbel mijn leven op zijn kop zette - Waarom zou je bidden met de Bijbel? (2/6) Een serie van Nikolaas Sintobin sj

Liefde kan vleugels geven - ontroerende animatiefilm

Een God die één en ook drie is. hoe moet je dat in Godsnaam verstaan? - Een uitleg door Nikolaas Sintobin sj

Waarom je best vrij omspringt met de talrijke tips van Ignatius voor het bidden met de Bijbel (6/6) Een serie van Nikolaas Sintobin sj

Hoe een hamer je de weg kan wijzen naar je roeping - Knotsgek, bevragend videootje