Kan je kiezen voor vreugde?
Hieronder vind je mijn homilie voor de Paaswake in de Oude Abdij in Drongen
Gisteren hebben we het verhaal beluisterd
van de executie van Jezus. Het maakt mij telkens sprakeloos. Waartoe zijn mensen
in staat? Brutaal, afstompend, gratuit geweld. Ook in ons eigen land hebben we
het deze week op ons bord gekregen. Hoe kan je dit plaatsen? Kunnen wij zo
verder, als mensen, als multicuturele samenleving, als geglobaliseerde wereld?
Het lijkt wel de apocalyps.
Op 1 maart jongstleden deed paus
Franciscus, tijdens een ontmoeting met een groep Fransen, een opmerkelijke uitspraak. Je kan, zei Franciscus, vandaag spreken van een Arabische invasie. Het
is een sociaal gegeven. Wilde paus Franciscus ons de stuipen op het lijf
jagen? Het vervolg van zijn
woorden maakte duidelijk waar hij heen wilde : “Maar hoeveel invasies heeft Europa in haar lange geschiedenis al niet
gekend. Zij is die altijd zelf te boven gekomen. Verder gaan en uiteindelijk
vaststellen dat de uitwisseling tussen de culturen je heeft doen groeien.
Franciscus had het niet over het
moslimterrorisme. Wel over een ruimere problematiek waar dit terrorisme spijtig
genoeg deel van uitmaakt. Getuigde onze Paus met die uitspraak van naïeve hoop,
tegen beter weten in? Of gaat, achter dat vertrouwen, iets anders schuil? Iets
dat te maken heeft met geloof, ja, met verrijzenisgeloof?
Zonet hoorden we Lucas zijn eerste
verschijningsverhaal vertellen. Niet
meteen triomfalistisch. Woorden als schrik, ongeloof en verbazing staan centraal
bij het relaas van de eerste getuigen. Het verrijzenisgeloof, zo blijkt uit alle verschijningsverhalen, is er niet
vanzelf gekomen. Het is moeizaam gegroeid. Op een achtergrond van bruut geweld.
Naar alle waarschijnlijkheid heeft het flink wat tijd gekost.
Een maand geleden was ik op bezoek bij vrienden. Na het avondeten ontspon zich een babbel met hun drie jongste
kinderen van 16, 14 en 11. Tot mijn verbazing stelden ze me allerhande vragen
over het christelijk geloof. Vlak voor ik wegging, gingen de kinderen slapen. De moeder ging ze instoppen maar kwam snel naar beneden met de vraag of ik nog
even bij Ruben kon komen, haar zoon van 16. Ruben kon niet slapen. Hij was ondersteboven
van ons gesprek en wilde me absoluut nog een vraag stellen. Nikolaas hoe komt het dat jij altijd zo opgewekt bent?
Ik heb de jongen toen verteld dat
mijn leven ook niet altijd rozengeur en maneschijn is. Maar, dat ik geloof in
de vreugde; dat wij gemaakt zijn om vreugdevolle mensen te zijn. Ik verwees
naar wat ik vroeger in de avond verteld had over de verrijzenis van Jezus. Op slag
werd Ruben rustig. Ik mocht gaan. ’s Anderendaags, vertelde hij aan zijn moeder dat hij beslist had om
meer vreugde te brengen in zijn leven. En, vertelde de moeder, toen Ruben dat zei
leek het alsof hij overspoeld werd door vreugde.
Is het echt zo makkelijk? Kan je
kiezen voor vreugde? Kan je kiezen om te geloven in de verrijzenis van Jezus.
Kan dat, met al dat zeurende kwaad op de
achtergrond dat af en toe ook nog eens in alle hevigheid toeslaat?
Als je de evangelielezing
aandachtig leest dat merk je twee fundamentele rode draden.
1.
De vrouwen
en de apostelen, ttz, de eerste getuigen, zijn voortdurend aan het terugblikken op hun voorbije ervaring
met Jezus:
a.
ze komen
terug naar het graf om zijn dode lichaam te verzorgen;
b.
in het graf
spreken ze met de engelen over Jezus en herinneren ze zich zijn woorden;
c.
vervolgens
gaan ze aan de apostelen vertellen wat ze in het graf meegemaakt hebben;
d.
ten slotte, rent Petrus naar het graf en op zijn beurt
gaat hij denken over wat hij meegemaakt heeft met Jezus.
2.
Maar er zijn
ook nieuwe feiten:
a.
de steen is
weggerold,
b.
het lichaam
is verdwenen
c.
en twee maal
zeggen de engelen aan de vrouwen dat de Heer Verrezen is.
Beide dynamieken (de terugblik én
nieuwe feiten) vinden we terug in elk van de vier evangelieboeken. Samen liggen
ze aan de grondslag van het langzaam groeiende geloof in de historische verrijzenis
van Jezus.
Nu terug de vraag: kan je ervoor
kiezen om te geloven in de verrijzenis? Ik vermoed dat het antwoord voor ons
niet zo verschillend is al voor de eerste getuigen. Preciezer, er is hier geen
ja-of-neen antwoord. Het is immers ja en neen tegelijk.
Het is ja omdat we er kunnen voor
kiezen om bewust, zoals Ruben, voorkeursaandacht te geven aan de vreugde. De
vreugde, doorgaans discreet en bescheiden, is immers hét teken van de
aanwezigheid van de levende God in ons midden. Die ware vreugde, hoe subtiel en
verborgen ook, laat zich nergens door verjagen. Ook niet door de meest duistere
verschijningsvormen van het kwaad. Ze maakt, zoals Paus Franciscus getuigde,
dat je God aan het werk kan zien, ook op de kromme paden van de mensen.
Tegelijkertijd is de ervaring van
de vreugde van de verrijzenis steeds weer een genade. Ze is steeds anders, onverwacht
en vooral overdadiger dan we hadden kunnen vermoeden.
Beide categorieën ervaringen
liggen aan de grondslag van ons geloof. Zij doen ons ervaren dat de liefde
sterker is dan de dood. In ons leven, in onze geschiedenis. Vroeger en net zo
goed vandaag.
Zalig paasfeest!
Reacties