Als het licht verdwijnt, valt de duisternis in. Dan is alles donker om ons heen. In de duisternis is het moeilijk je weg te vinden. Maar wanneer het licht opnieuw verschijnt, herleeft het leven: het licht geeft kleur aan mensen en dingen. Het licht zelf zien we niet, maar het maakt wel dat wij alles opnieuw zien wat we in de duisternis niet konden zien. Zo is ook God: we zien Hem niet, maar Hij geeft wel zin en samenhang aan ons leven. Maar soms verdwijnt ook die zin en samenhang, en dan wordt alles duister in ons. Ons hart kan vertroebeld raken. Het goede dat we willen doen, doen we niet; en het kwade dat we niet willen doen, doen we wel. Alleen komen we er meestal niet uit. En er is ook het leed dat mensen ons aandoen. Onze innerlijke kwetsuren riskeren ons op onszelf terug te dringen en maken ons blind voor het licht. Zoveel teksten uit Oud en Nieuw Testament brengen ons het getuigenis van hen die mochten ervaren dat ook in de duisternis Hij ons bij de hand houdt, en dat ...