Drie redenen waarom het Evangelie nú Blijde Boodschap is
Homilie voor
de ZESDE ZONDAG VAN PASEN - Jaar A
Hand. 8,5-8.14-17
1 Petrus 3,15-18 Johannes 14,15-21
Een slordige 20 jaar geleden woonde ik in
Parijs. Ik was er jonge jezuïet in opleiding, en begon er mijn theologiestudie.
In mijn kamer – met uitzicht op de Eiffeltoren – bracht ik talrijke uren door tussen
boeken en cursussen allerhande. Een van de eerste cursussen die ik te verwerken
kreeg was die van de geschiedenis van het dogma van de Drieëenheid. Tot mijn
verwondering werd die cursus een van de meest aangrijpende en indringende
intellectuele maar ook geloofservaringen die ik ooit had. Niet in het minst
door de kracht van de teksten van het Johannesevangelie die zo belangrijk zijn geweest
voor de geleidelijke uitwerking van het dogma van de Drievuldigheid. De tekst
die we zonet hoorden maakt daar deel van uit. Johannes voert er ons binnen in de kern van de Godsopenbaring die Jezus was
en is, ook voor ons vandaag.
Johannes legt er uit dat we, met het komende
Pinksterfeest, op drievoudige wijze worden ingeleid in een nieuwe tijd: de tijd
van de Geest, de tijd van de volheid van de Inwoning en de tijd van het geloof.
Ik zou elk van deze drie “tijden” kort met u willen bespreken.
1. De
tijd van de Geest: “de Vader zal u op mijn gebed een andere Helper
geven om voor altijd bij u te blijven”. Met Hemelvaart
en Pinksteren komen we in een nieuw tijdperk. We gaan over van het tijdperk van
Jezus naar dat van de Geest. Gedurende een goede 30 jaar heeft Jezus lijfelijk
bij ons geleefd. Mensen konden Hem zien, aanraken, horen … Met Hemelvaart komt
daar voorgoed een einde aan. Maar, zo belooft Jezus ons, God zal ons zijn Geest
sturen, zijn Helper die voor altijd bij ons zal blijven. In dit nieuwe
tijdperk, het tijdperk van de Geest, ons tijdperk dus, mogen wij voor altijd op
een bijzondere wijze rekenen op de hulp en bijstand van onze God. De Geest is
namelijk niet beperkt door tijd of ruimte. Hij is altijd en helemaal bij elk
van ons aanwezig.
2. De tijd van de Geest, zo leert ons
Johannes, opent ons mensen niet enkel op de aanwezigheid van Gods Geest. De
tijd van de Geest is ook de tijd van de
volheid van de inwoning, de inhabitatio: dat wil zeggen het helemaal
aanwezig zijn van de drie goddelijke personen zelf in elk van ons. We horen
Jezus immers zeggen dat Gods Geest ons deel doet hebben aan de ervaring dat : “Ik ben in mijn Vader, en gij in Mij en Ik in u”. Eigenlijk betekent dit dat voortaan God zijn liefde verlangt te
beleven in elk ons. En wel helemaal. Dat
Hij in en door en met ons wil liefhebben. Of nog, dat de liefdedynamiek van de
goddelijke personen onderling het leven van elk van ons als uitvalsbasis
verlangt te nemen. Door ons zijn Geest te schenken, laat God ons dus deel
uitmaken van het liefdesleven dat Hij is. Het is bijna niet te geloven. Wij
kleine mensen, woonplaats van de oneinde liefde die God is. De enige voorwaarde hiertoe is dat wij ons
toevertrouwen aan Hem. Dat wij zijn Geest toegang geven tot de kern van ons
bestaan en daar vervolgens ook naar handelen.
3. Ten derde, deze tijd, onze tijd, is de tijd van het geloof. Jezus zegt: “Nog een korte tijd en de wereld ziet Mij niet meer; gij echter
zult Mij zien, want Ik leef en ook gij zult leven.” De wereld zal mij niet meer zien, zegt Jezus.
In het Johannesevangelie is de “wereld”
de mens die niet gelooft, de mens die zich niet wenst open te stellen voor God.
Wat Johannes dus wereld noemt is het
tegenovergestelde van de gelovige mens. Welnu, in het tijdperk van de Geest, zo
zegt Jezus, zijn het enkel de gelovige ogen die God aan het werk
zullen kunnen zien. De christen weet
niet zozeer dat God bestaat en liefheeft. Hij gelooft het. Geloven gaat veel verder en dieper dan het weten.
Weten raakt onze 10 bovenste centimeter. Wat we weten hebben we in zekere zin
in de hand. Heel belangrijk en zinvol. Maar geloven gaat gaat over meer.
Geloven gaat over vertrouwen, je toevertrouwen, loslaten, je overgeven. Geloven
vraagt nederigheid. Geloven raakt je diepste kern en ontsnapt aan je controle
omdat het ten gronde relationeel is. Geloven is geen uitnodiging om ons
verstand op nul te zetten en onze blik op oneindig. Wel om te leven vanuit de verbondenheid met God zoals Jezus ons die
leert kennen.
Dierbare gelovigen, vandaag heeft Johannes ons
duidelijker gemaakt waarom het Evangelie van Jezus een ongehoorde Blijde
Boodschap is en blijft. God wenst zich
op een absolute en volledige manier aan ons te geven. Aan elk van ons. Jezus
toont ons dat wij, kwetsbare mensen, capax Dei zijn: dat wij, omdat wij mensen
zijn, naar zijn voorbeeld, gelijkvormig aan God kunnen worden. In onze
kleinheid zijn wij geroepen tot het goddelijke. Niet op een spectaculaire of
magische wijze. Wel in alle dingen van ons gewone leven. Niet door eigen
verdienste. Wel door genade. Niet op ons eentje. Wel samen met anderen, in het
voetspoor van Jezus.
Reacties
Super Hartelijk Dank U Pastor voor Uw Super Inspirerende homilie , Fijn te begrijpen in Uwe Gaven dat vertellen, uitleggen en ons Immense enthousiasmeren en in God Geloven en Open stellen en Lief hebben samen met God.
Dank voor uw delen en uw heldere uitleg hierrond !!
Nog een mooie dag
Graag zal ik vele malen deze Homilie herlezen en overschrijven om dagelijks Liefdevolle Wijsheid en Inspiratie tot me nemen.