‘t Kan verkeren

't Kan verkeren

Het valt me de laatste tijd op. Ik hoor het ook van andere priesters en religieuzen, net zo goed als van jongeren zelf. « Roeping » kán terug. Het is een keuze als een ander. Neen, niet helemaal als een ander want toch echt wel exotisch. Maar vreemd is toch aantrekkelijk, niet ? Als je als priester of religieus gaat getuigen voor jongeren, dan weet je van te voren dat er ademloos wordt geluisterd en dat je voornamelijk positieve reacties krijgt.

Tegelijkertijd stellen we vast dat het aantal roepingen tot het religieuze leven en het priesterschap wereldwijd proportioneel eerder afneemt dan toeneemt. In Vlaanderen zijn de cijfers zorgwekkend. Ook het volhouden, eens ingetreden, wordt problematischer. Dit geldt overigens ook voor die andere belangrijke roeping, het huwelijk.

Sinds een aantal jaren begeleid ik jonge mensen die zich geroepen voelen tot het religieuze leven in de Sociëteit van Jezus. Tegelijkertijd bereid ik ook regelmatig koppels voor op het sacrament van het huwelijk. In deze bijdrage zou ik wat willen nadenken over de « roepingenpromotie ». Het is een wat oudbollig woord. Maar zo gek is het nu ook weer niet. De Kerk heeft immers priesters en religieuzen nodig. Je mag die bijzondere roeping dan ook best bekendmaken en promoten.

Iedereen
Roeping is voor elke christen. Wie gegrepen wordt door het Evangelie van Jezus, voelt algauw dat dit niet vrijblijvend is. Wie in zijn of haar leven iets ervaren heeft van wat het betekent dat de Heer weg, waarheid en leven is, die komt vanzelf bij de vraag wat dit voor hem of haar dan wel concreet kan inhouden. Eenieder die gedoopt is wordt geroepen om op een persoonlijke wijze gezel(lin) te zijn van Jezus. In de mate dat dit bewustzijn in onze gezinnen en gemeenschappen sterker leeft, wordt het zoeken naar de concrete invulling van dat verlangen « normaler », minder bedreigend of vreemd en kan ook de vraag gesteld worden van het priesterschap en het religieuze leven. In de mate dat de andere christenen van de gemeenschap hún roeping ernstig nemen zullen ook de jongeren hun eigen geroepen zijn ernstiger nemen.

Biddende verbondenheid
De keuze voor het priesterschap en/of het religieuze leven kan alleen maar gemaakt worden vanuit gebed. Er dient een levende verbondenheid en vertrouwdheid te zijn met de levende Heer. Idealisme volstaat niet. Het is niet louter ik die kies, ik die me wil geven. Zoals voor elke christelijke roeping geldt ook hier dat deze roeping enkel maar gebaseerd kan zijn op de ervaring van het geroepen worden.

De kiem van de roeping kan heel verscheiden zijn : een ontmoeting in de prille jeugd, een televisieprogramma, een intense gebedservaring … Doorgaans is er een langdurige en « radicale » voorbereiding en begeleiding nodig, die wars staat van welke vorm van druk of beïnvloeding dan ook. De uiteindelijke beslissing kan en mag enkel maar genomen worden door de persoon in kwestie zelf. Het is wenselijk dat het uitzuiveren van - een deel van - de hoe dan ook talrijke onvrijheden en onzuiverheden reeds kan gebeuren vóór de intrede, in een kontekst van maximale vrijheid.

Woorden wekken, voorbeelden trekken
Je kan geen mens en dus ook geen christen zijn op je eentje. In onze gemeenschappen moeten we erop bedacht zijn dat jonge christenen andere jonge christenen kunnen ontmoeten. Ook over de lands- en taalgrenzen heen. Dit is van alle tijden. Zo ook zijn rolmodellen belangrijk : priesters en en religieuzen waarnaar de jongere kan opkijken, waarmee hij of zij zich kan identificeren. Oud of jong, het doet er niet echt toe. Wel is het zo dat de confrontatie met generatiegenoten die de stap gezet hebben naar het priesterschap of religieuze leven zeer bevragend kan zijn : indien hij of zij, waarom ik niet ?

In een cultuur waar alles mogelijk lijkt, hebben jonge christenen, zoals alle jongeren, nood aan een duidelijke identiteit. Dit gaat gepaard met een, zo mogelijk, nog sterker, verlangen naar authenticiteit. Jonge christenen verwachten vanwege de volwassenen een kritische maar, meer nog, loyale houding tav de Kerk. Traditie is niet problematisch voor hen. Maar onbekend intrigerend en dus aantrekkelijk. Bepaalde allergieën terzake die de generatie van hun ouders, maar vooral van hun grootouders, ontwikkeld hebben, zijn hen totaal vreemd als ze al niet schokkerend zijn.

Liefhebben en gunnen
De Kerk besteedt thans, terecht, veel aandacht aan de roeping van de leek, lange tijd gereduceerd tot lijdzame en onderdanige“consument”. De laatste jaren is wereldwijd veel inspanning geleverd voor de vorming van het “volk van God”. Talrijke leken nemen vandaag de meest verscheiden verantwoordelijkheden op binnen de Kerkgemeenschap. Van een klerikale Kerk is onze Kerk geëvolueerd naar een lekenkerk. In het bijzonder in het Noordelijk halfrond.

Ik heb soms de indruk dat we thans, zeker in Noord-Europa, in een ander extreem dreigen terecht te komen. Dat we binnen een lekenkerk niet meer weten wat aan te vangen met die “enkele priesters en religieuzen” die er “nog” zijn. Dat de gemeenschappelijke roeping vanuit het doopsel zozeer wordt beklemtoond, dat de specificiteit van priester- en religieuze roeping geen plaats meer krijgt. En dat terwijl de jongere generaties, ongeacht hun levensstaat, net zo op zoek zijn naar identiteit en verschil.

En er is wel degelijk een heel waardevol verschil. Door de religieuze geloften, of door de belofte van celibaat en de bijzondere band van gehoorzaamheid tav de bisschop, geven religieuzen en priesters uitdrukking aan hun verlangen om, zo dicht als mogelijk voor een mens, in verbondenheid met Jezus te leven, in dienst van Zijn Kerk en de mensen. Door hun concrete levenswijze drukken zij hun verlangen uit om zich helemaal, zonder vangnet, aan Hem toe te vertrouwen, van Hem te zijn, bij Hem te zijn. Aldus kunnen zij een radicaal getuigenis afleggen van de hoop en het geloof dat het Jezus Christus is die de uiteindelijke zin geeft aan ons bestaan. Zo beschouwd zijn het religieuze leven en het ongehuwde priesterschap een uniek en onvervangbaar geschenk aan onze Kerk. Als we ook in de toekomst priesters en religieuzen willen hebben, dan is het belangrijk om van hen te houden, hun eigenheid te waarderen en binnen een veranderende kerkkontekst op een creatieve en gunnende wijze op zoek te gaan naar hun eigen plaats.

Eerst kennen
Tot slot, “Je kan maar houden van wat je kent”, leert ons de heilige Augustinus. In onze christengemeenschappen moeten we spreken over de verschillende roepingen die er zijn. Het is een recht voor onze jongeren om kennis te nemen van de rijke levende traditie die onze Kerk terzake heeft. Aan dit recht beantwoordt een plicht voor de volwassenen om op een authentieke en smaakgevende wijze hen die kennis aan te bieden.


‘t Kan verkeren
God roept, vandaag net zozeer als gisteren of eergisteren. Ik ken meerdere jongere mensen die hun roeping « mislopen » zijn. Paradoxaal genoeg kan binnen de huidige culturele context priesterschap en religieus leven opnieuw iets aantrekkelijks krijgen. ‘t Kan verkeren, zei Bredero. Maar Gods genade kan niet werken zonder onze actieve medewerking.

Nikolaas Sintobin sj

Reacties

Anoniem zei…
Ik geloof dat de priesterroepingen in de toekomst zullen verdwijnen en dat de kerk door de leken inclusief de priesters geleid zal worden.
Allen zijn geroepen om het Evangelie uit te dragen.

De afstand tussen de gelovigen en de clerus is te groot geworden.
Het is die afstand die de priesters van de gelovigen vervreemd.

Meest gelezen

Ignatius van Loyola legt uit hoe je, met een té drukke agenda, toch je rust kan bewaren

Homo-zegen: heeft paus Franciscus zich vergist? Enkele bedenkingen van Nikolaas Sintobin sj

Hoe paus Franciscus reageert op zijn eigen, spontane woede - Homilie van Nikolaas Sintobin sj voor de derde zondag van de 40-dagentijd

Rik Torfs over jezuïetenhumor: het verschil tussen Kardinaal Müller en Nikolaas Sintobin sj

Over geluk dat niemand je kan afpakken - Het getuigenis van Etty Hillesum

Wat doet de Paus daar toch met die opgestoken vinger? - Heerlijke videobeelden

Het verschil tussen geestelijke vreugde en het “je lekker voelen”

Hoe handelen als je slecht nieuws krijgt: het voorbeeld van Ignatius van Loyola - Ignatiaans leiderschap (7/10)