Hoe de heilige Jozef paus Franciscus inspireert
Ik dank de Heer, dat ik deze heilige Mis bij het feestelijke begin van mijn
Petrusdienst op het Hoogfeest van de heilige Jozef, de bruidegom
van de Maagd Maria en de patroon van de Wereldkerk mag vieren. Het is een zeer
betekenisvolle samenkomst en het is ook de naamdag van mijn vereerde voorganger
- die we nabij zijn in gebed vol liefde en dankbaarheid. ...
We hebben in het Evangelie gehoord, dat Jozef “deed wat de Engel des Heren
hem had bevolen en zijn vrouw tot zich nam” (Mt. 1, 24). In deze woorden is al
de opdracht gegeven, die God aan Jozef toevertrouwt, namelijk custos
- behoeder - te zijn. Behoeder van wie? Van Maria en Jezus;
maar het is een zorgzaamheid die zich dan ook naar de gehele Kerk uitbreidt. De
zalige Johannes Paulus II heeft benadrukt, dat “de heilige Jozef, zoals hij
liefdevol zorg droeg voor Maria en zich vol ijver en vreugde wijdde aan de
opvoeding van Jezus Christus, hij ook zorg droeg voor het mystieke lichaam, de
Kerk, waarvoor de heilige Maagd Maria het voorbeeld en voorafbeelding is en die
Jozef ook beschermt en behoedt”.
Hoe voert Jozef die taak van behoeder uit? Met aandacht, deemoedig, niet
opvallend, maar steeds tegenwoordig en in absolute toewijding, ook dan wanneer
hij niet alles begrijpt. Vanaf het naar huis halen van Maria tot aan de episode
van de twaalfjarige Jezus in de tempel van Jeruzalem begeleidt hij zorgzaam en
liefdevol ieder moment. Hij staat Maria, zijn bruid, in de goede maar ook in de
moeilijke momenten van het leven ter zijde, op weg naar Bethlehem bij de volkstelling
en in de bange en vreugdevolle uren van de geboorte; bij het dramatische moment
van de vlucht naar Egypte en bij het bezorgd zoeken naar de Zoon die in de
tempel is achtergebleven; en dan ook in het leven van alle dag in het huis te
Nazareth, in de werkplaats waar hij Jezus het handwerk leerde.
Hoe beleeft Jozef zijn roeping als behoeder van Maria, Jezus en de Kerk? In
voortdurende opmerkzaamheid tegenover God, open voor Diens teken, beschikbaar
voor Zijn plan, waaraan hij zijn eigen plannen ondergeschikt maakt. Het is dat,
wat God verlangt van David, zoals we in de eerste lezingen hebben gehoord: God
wil niet een door de mens gebouwd huis, maar Hij verlangt van de mens trouw aan
zijn Woord, trouw aan zijn plan. En dan is het God zelf die het huis bouwt,
maar uit levende, van zijn Geest doordrenkte stenen. En Jozef is behoeder,
omdat hij kan luisteren naar God en zich door Diens wil laat leiden. En juist
daardoor heeft hij nog meer empathie voor de aan hem toevertrouwde mensen en
weet realistisch de gebeurtenissen te duiden, is zeer attent naar zijn omgeving
en weet de verstandigste beslissingen te nemen. Aan hem kunnen we zien, lieve
vrienden, hoe men aan de roep van God antwoordt: beschikbaar en onmiddellijk;
maar we zien ook wat het centrum van de christelijke roeping is: Christus!
Behoeden we Christus in ons leven, om de naaste te behoeden, om de schepping te
bewaren.
De roeping tot behoeden geldt echter niet alleen ons christenen; ze heeft
een dimensie, die vooruitgaat en die eenvoudig menselijk is, die allen aangaat.
Ze bestaat daaruit, om de gehele schepping, de schoonheid van de schepping te
bewaren zoals ons in het boek Genesis wordt voorgehouden en zoals ons de
heilige Franciscus dat heeft laten zien: ze bestaat er uit om achting te hebben
voor ieder schepsel van God en voor de omgeving waarin we leven. De mensen te
behoeden, voor allen zorg te hebben, voor ieder mens, met liefde, zeer
bijzonder voor kinderen, oude mensen, voor diegenen die zwak zijn en vaak in
ons hart naar de rand worden gedrongen. Ze bestaat eruit om binnen het gezin op
elkaar te letten: de echtelieden moeten voor elkaar zorgen en als ouders moeten
zij zorg hebben voor hun kinderen. En mettertijd worden dan de kinderen ook de
behoeders van hun ouders. De zorg bestaat er uit om te leven in oprechte
vriendschappen; dat is elkaar wederzijds behoeden in vertrouwdheid, wederzijds
respect en goedheid. In feite is alles aan de zorg van de mens toevertrouwd en
is het verantwoordelijkheid die allen aangaat. Weest hoeders van de gaven van
God!...
Vandaag vieren we tegelijk met het feest van de heilige Jozef het begin van
het dienstambt van de nieuwe bisschop van Rome, de opvolger van Petrus, - een
ambt, dat ook macht heeft. Zeker, Jezus Christus heeft Petrus macht verleend,
maar om wat voor macht gaat het dan? Op de drievoudige vraag van Jezus aan
Petrus over de liefde volgt de drievoudige oproep: weidt mijn lammeren, hoedt
mijn schapen. Vergeten we niet, dat de ware macht de dienst is, en dat ook de
paus, om zijn macht te kunnen uitoefenen, zich steeds meer moet overgeven aan
die dienstbaarheid die haar hoogtepunt heeft in het kruis; dat hij een
voorbeeld moet nemen aan de deemoedige en concrete door het geloof vervulde
dienst van Jozef en hoe hij zijn armen moet spreiden om het hele volk van God
te hoeden en met liefde en tederheid de gehele mensheid aan te nemen, in het
bijzonder de allerarmsten, de zwaksten, de geringsten, diegenen die Matteus in
het laatste oordeel over de liefde beschrijft: de hongerenden, de dorstigen, de
vreemdelingen, de naakten, de zieken, de gevangenen.Alleen hij die in liefde
dient, weet te behoeden.
In de tweede lezing spreekt de heilige Paulus over Abraham, die “tegen alle
hoop in ... vol hoop geloofd” heeft (Rom. 4, 18). Tegen alle hoop in, vol van
hoop! Ook vandaag, in het licht van zo vele stukken weg onder grauwe hemel,
hebben wij het nodig, om het licht van de hoop te blijven zien en zelf hoop te
geven. De schepping bewaren, iedere man en iedere vrouw te behoeden met een
blik vol tederheid en liefde, dat betekent, de horizon van de hoop openen,
betekent, alle wolken open te scheuren voor éen lichtstraal, betekent de warmte
van de hoop te brengen. En voor de gelovigen, voor ons christenen - zoals reeds
voor Abraham en voor de heilige Jozef - biedt de hoop die wij brengen, de
horizon van God, die ons is getoond in Christus en die gegrond is op de Rots,
die God is. …
Ik vraag om de voorspraak van de Maagd Maria, de heilige Jozef, de heiligen
Petrus en Paulus, de heilige Franciscus, dat de Heilige Geest mijn dienst mag
begeleiden, en tot u allen zeg ik: bid voor mij! Amen.
Reacties
Ik bid mee in de H.Mis en dat lijkt me genoeg.
Ik vind het leuk dat hij nu 'papa's wordt genoemd. Niet zo afstandelijk.